Geblesseerde Boonen: “Ik maak progressie”
Tom Boonen herstelt voorspoedig van zijn breuk aan het slaapbeen en zit al terug op de fiets. “Mijn herstel gaat sneller dan verwacht volgens de dokters”, tekent Belga op uit de mond van de ex-wereldkampioen.
“Ik hoor zo’n 20 à 30 procent minder goed dan in mijn rechteroor”, gaat de renner van Etixx-Quick-Step verder. “En wat vooral vervelend is, ik hoor voortdurend een pieptoon. Of dat nog zal weggaan? Dat weten de dokters nog niet. Ik hoop van wel. […] De eerste twee weken na de val had ik last van hoofdpijn, maar nu nog amper. Ik ben gewoon nog heel vaak moe. Dit is een blessure die helemaal anders is dan een kwetsuur aan de knie, schouder, het been. Dan voel je pijn, bijt je door, en wordt die pijn minder na verloop van tijd. Nu heb ik geen pijn, maar ben ik wel moe. Vooral de eerste weken werd ik ‘kapot’ wakker.”
Vermoeidheid
Met name die vermoeidheid speelt Boonen tot op heden parten. “Nu voel ik dat ik progressie maak, vooral de laatste twee weken gaat het goed vooruit, maar het vraagt tijd. Als ik twee dagen train, zo’n twee of drie uur, dan ben ik de derde dag moe. Alsof ik twee keer achter elkaar de Tour de France heb gereden… Voorlopig train ik zo’n vijf dagen per week, maar nog rustigaan. Dit is geen gewone blessure, ik moet geduld hebben en ik ga volgens de dokters snel vooruit, maar zelf vind ik soms dat er wat meer schot in de zaak mag komen, al voel ik wel dat het de laatste twee weken de goede kant uitgaat.”
‘Ik wil terugkeren en een goed voorjaar rijden’
Het doel van Boonen is om terug te keren tijdens het eerste trainingskamp van Etixx-Quick-Step, welke op 8 december aanvangt in het Spaanse Calpe. “Dat moet wel lukken”, denkt de 35-jarige Belg. “Andere jongens zijn met vakantie geweest, ik train, hou me bezig en hoop daar aan te pikken en op die manier ga ik geen achterstand hebben voor het voorjaar. Natuurlijk had ik liever een zorgenloze winter gehad, maar dat is nu niet het geval. Ik heb nog altijd die vechtlust in mij, ik wil terugkomen en er een goed voorjaar van maken. Ik moet nu gewoon geduldig blijven, mag niets forceren en moet de natuur zijn gang laten gaan. Als ik op de trainingsstage op een aanvaardbaar niveau ben, dan maak ik me geen zorgen voor het voorjaar. Er is nog meer dan voldoende tijd. Ik moet zeker niet panikeren.”
Om te reageren moet je ingelogd zijn.